Click here to read this article in English
Beste F1only lezers,
Toen mij gevraagd werd om een column te schrijven voor F1only, wist ik eerlijk gezegd niet hoe ik moest reageren. Ik ben nu eenmaal geen journalist en de opstellen die ik vroeger op school schreef waren nou niet bepaald van hoog niveau. Ik had, en heb eigenlijk nog steeds, zo mijn twijfels over mijn schrijftalenten.
Carla, de hoofdredacteur van F1only, probeerde me te overtuigen en vertelde me dat de autosport fans mij beter zouden kunnen leren kennen door een column te schrijven. Het zou misschien zelfs een manier zijn om jullie met een andere kant van mij kennis te laten maken. En zo besloot ik toch een poging te wagen, maar onder voorwaarde dat ze het me niet zou aanrekenen als de bezoekersaantallen van de website nu drastisch omlaag zouden gaan.
Om jullie een beeld te geven van mijn huidige situatie is het misschien handig om te weten hoe het allemaal is begonnen. Ik kom uit een familie waar niemand ook maar iets deed wat met autosport te maken had. Mijn oudere broer kon aardig voetballen, dus dat was eigenlijk de sport waar het bij ons thuis om draaide. Als kind voetbalde ik ook graag, maar je hoefde geen expert te zijn om te zien dat ik helemaal geen talent had. Zo nu en dan wil ik nog wel eens voetballen en iemand met verstand van de sport zei laatst nog tegen me: “Je speelt als Arjen Robben…met twee gebroken benen!” Ach, ik had mijn zinnen gelukkig toch al niet meer op een voetbalcarrière gezet.
Nog even terug naar mijn kindertijd. Toevallig kwam ik als zesjarige een keer op de indoor kartbaan in Maasmechelen. Ik was daar alleen maar omdat ik te klein (…of beter gezegd te jong, want ik ben nog altijd vrij klein..) was om alleen thuis te blijven, dus moest ik met mijn ouders mee. Het kart-evenement had iets te maken met het bedrijf van mijn vader en we kwamen eigenlijk alleen om te kijken. Ik zei meteen tegen mijn ouders: “Dat wil ik ook!!” Zoals kinderen wel vaker doen, bleef ik doorzeuren en volhouden. Mijn vader zei daarop dat we terug zouden komen als ik wat groter was. Hij dacht waarschijnlijk dat ik hem niet aan zijn belofte zou houden en daar ging hij voor het eerst in de fout!
Natuurlijk vergat ik het niet. Een paar maanden later gingen we dus weer naar de kartbaan en zat ik als zevenjarige in die kart. Het was geweldig. Ik vond het zo leuk en ik wilde niet meer stoppen. Gelukkig ging het best aardig en mocht ik het van mijn ouders vaker doen. Hoe vaker ik racete, hoe moeilijker ik het vond om te wachten tot ik weer mocht.
Wanneer ik op de kartbaan was reed ik alleen maar voor de lol. Het ging me niet om de wedstrijden en dergelijke. Ik wilde alleen maar rijden. Op een dag werd er iets georganiseerd op de kartbaan in Maasmechelen. Het was gewoon iets leuks voor kinderen, niet zo zeer een wedstrijd. Mijn vader schreef mij ervoor in. Ik wist niet precies wat me te wachten stond, dus het was nogal een verrassing voor me. En toen maakte mijn vader zijn tweede fout: hij beloofde een kart voor me te kopen als ik het kampioenschap zou winnen. Hij dacht natuurlijk dat ik toch geen kans maakte, maar ik won en zo kreeg ik mijn eerste go kart toen ik acht jaar was.
Ik bleef karten en was zo enthousiast dat ik probeerde beter te gaan rijden. Ik zat inmiddels bij het GKS team, het team waar ik mijn hele verdere kart carrière, die uiteindelijk in totaal tien jaar duurde, bij bleef. Het was een mooie tijd en we waren samen behoorlijk succesvol in Nederland, maar ook in het buitenland.
Toen ik zeventien jaar was maakte ik de overstap naar de single seaters. Ik racete in de Formule BMW Europa in 2009 en 2010, in de Formule Renault 2.0 in 2011 en in de World Series by Renault in 2012. Nadat ik in alle drie de klassen kampioen was geworden hoopte ik op een carrière in de Formule 1. Mijn rol als derde coureur bij het Formule 1 team van Sauber in 2013 en die van test- en reserverijder van het Caterham Formule 1 team hebben me een stap dichterbij gebracht, maar mijn droom om een echte Formule 1 coureur te worden heb ik nog niet kunnen waarmaken.
Ik denk dat de meesten van jullie redelijk op de hoogte zijn wat betreft de gang van zaken in de Formule 1, dus zullen jullie ook weten hoe moeilijk het is geworden om een stoeltje in de Formule 1 te bemachtigen. Goed kunnen rijden is tegenwoordig niet meer het enige waar het om draait. Je hebt ook de nodige steun nodig en dan gaat het om financiële of politieke steun. Ik heb in mijn hele carrière geen sponsor gehad. Het geld dat ik nodig had in de junioren klassen bestond uit het prijzengeld dat ik het jaar ervoor gewonnen had en nog wat extra geld dat ik van mijn vader kreeg om het inschrijfgeld te betalen.
Begrijp me niet verkeerd; ik klaag niet over de situatie. Het is zoals het is en met klagen bereik je niks. In plaats daarvan werk ik samen met een aantal mensen die ik vertrouw en als team doen we er alles aan om een Formule 1 stoeltje te bemachtigen voor 2015. Ik heb mijn droom zeker nog niet opgegeven. Ik ga onverminderd door om datgene waar ik al drie jaar voor vecht te bereiken. Max is al verzekerd van zijn stoeltje en voor Giedo ziet het er heel goed uit. Het zou toch fantastisch zijn om in 2015 drie keer oranje op de grid te hebben?
In mijn volgende column zal ik meer in detail treden over mijn pogingen om een stoeltje voor volgend jaar te bemachtigen. Die column zou ik dan rond kerst af moeten kunnen hebben als ik nu begin met schrijven…want het heeft heel wat bloed, zweet en tranen gekost om deze column te schrijven. Ik hoop in ieder geval dat jullie het een beetje leuk vonden om te lezen. 😉
Tot de volgende keer, bedankt voor jullie steun tot nu toe. Ik hoop jullie snel goed nieuws te kunnen brengen.
Groeten,
Robin Frijns
@RFrijns
(Foto’s: Caterham F1 Team en Robin Frijns)
Leuke column! Het zou fantastisch zijn als Robin een stoeltje in de Formule 1 kan bemachtigen, maar realistisch gezien denk ik dat de kans zeer klein is. Ik hoop dat hij zich niet te veel focused op de Formule 1, want ik denk dat hij een mooie carrière in bijvoorbeeld het WEC kan hebben. Natuurlijk, Formule 1 is speciaal, maar voor de langere termijn lijkt het mij het verstandigst om zich te richten op een overstap naar endurance racing o.i.d.
Robin,
Mooie colum; waar ik Max al meer 10 jaar ken – vanuit de kranten – was jou history niet bekend, althans niet bij mij – en ik denk bij velen.
Waar Max een marketing instrument is, ben jij een rijder die puur op kwaliteit gaat. Ik denk dat het in de FR jaren er meer aan PR gedaan had moeten worden. Je hebt overduidelijk die racer-mentaliteit die je nodig hebt.
Ik ken niet d ejuiste mensen in F1, zoals velen, maar er zoul iemand moeten zijn die jou verkoopt en daarmee successvol is. Ik hoop dat je team dat alsnog gaat lukken binnenkort.
Succes!
Mooi stukje, het antwoord waarom je niet door kan stromen geef je helaas zelf al. Je bent nog nooit gesteund door een sponsor. Daar zit de krux van het verhaal. Sponsoren willen een totaal pakket zien, snelheid en mentaliteit zijn niet genoeg. Uitstraling en vereenzelving met een coureur door het publiek zijn de toverwoorden voor de sponsoren en dus ook voor huidige coureurs.
Wens je veel succes voor 2015
Toch een heel leuk verhaal geworden hoor!